Pensioenwet art. 151 ( tekst 2015)
151 Toezichthouders
Toezicht, aanwijzing toezichthouders 1 De Stichting Autoriteit Financiële Markten is belast met het gedragstoezicht. 2 Gedragstoezicht is toezicht gericht op de naleving van de normen ten aanzien van voorlichting door pensioenuitvoerders aan deelnemers, gewezen deelnemers, gewezen partners en pensioengerechtigden en de normen ten aanzien van de advisering van de deelnemer of gewezen deelnemer bij de uitvoering van premieovereenkomsten met beleggingsvrijheid waarbij de deelnemer of gewezen deelnemer de verantwoordelijkheid voor de beleggingen heeft overgenomen. 3 De Nederlandsche Bank N.V. is belast met het prudentieel toezicht en het materieel toezicht. 4 Prudentieel toezicht is toezicht gericht op de normen ten aanzien van de financiële soliditeit van pensioenfondsen en het bijdragen aan de financiële stabiliteit van de sector van pensioenfondsen. 5 Materieel toezicht is toezicht gericht op alle normen in deze wet die geen onderdeel uitmaken van gedrags- of prudentieel toezicht. 6 Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze wet zijn de bij besluit van de toezichthouder aangewezen personen belast. Van een besluit als bedoeld in de eerste volzin wordt mededeling gedaan door plaatsing in de Staatscourant.
Nadere regels 7 Bij algemene maatregel van bestuur:
  • a. worden regels gesteld omtrent de toedeling van de taken en bevoegdheden met betrekking tot het prudentieel toezicht, het gedragstoezicht en het materieel toezicht van deze wet aan de toezichthouders;
  • b. worden regels gesteld over de wijze waarop de toezichthouders samenwerken; en
  • c. worden eisen gesteld aan de toezichthouders, waaronder voorschriften gericht op een zodanige besluitvorming binnen de toezichthouder dat een onafhankelijke vervulling van de uit deze wet voortvloeiende taken en bevoegdheden is gewaarborgd.